Intersectionaliteit
In theorie:
Intersectionaliteit is een analytisch kader om te begrijpen hoe verschillende aspecten van iemands sociale en politieke identiteit samensmelten in een individu, waardoor verschillende vormen van discriminatie en privileges worden gecreërd. Voorbeelden van deze aspecten zijn gender, kleur, etniciteit, klasse, seksualiteit, religie, handicap, uiterlijk en lengte. Een persoon bestaat dus altijd uit meerdere identiteitsdimensies: niemand is enkel een vrouw, of enkel een migrant. Dit gaat altijd gepaard met andere dimensies van iemands identiteit.
Met andere woorden, intersectionaliteit is een concept dat de gelaagdheid van een identiteit en de gelaagde uitsluiting die daarmee gepaard kan gaan erkent. Die gelaagdheid is gebaseerd op het kruispunt (de intersectie) van verschillende identiteitsdimensies, zoals gender, etniciteit, seksuele oriëntatie etc.
In de praktijk:
Het concept van intersectionaliteit heeft geleid tot verbindingen van vraagstukken die in eerste instantie als geïsoleerd werden benaderd. De ervaringen van bijvoorbeeld zwarte vrouwen werd voornamelijk langs de dimensie van racisme besproken en hoe kleur hun realiteit beïnvloedt. Met intersectionaliteit werd ook de verbinding gelegd met seksisme, aangezien ze niet alleen zwart zijn, maar ook vrouw en daarmee tegen genderongelijkheid aanlopen.
Daarnaast werd het concept ook gebruikt om de vaak eurocentrische benadering van vraagstukken ter discussie te stellen. Zo worden vraagtekens geplaatst bij initiatieven die gendergelijkheid agenderen, maar waarin alleen witte vrouwen het gesprek voeren. Vragen die vanuit intersectionaliteit worden gesteld is in hoeverre deze initiatieven ook de specifieke ervaringen van zwarte en/of queer vrouwen meenemen, aangezien die naast seksisme ook racisme en/of homofobie ervaren.
Zie ook hoe intersectionaliteit belangrijk is bij het bepalen van positionaliteit.
Maatschappelijke discussie:
In de maatschappelijke discussie wordt intersectionaliteit vaak als cruciaal perspectief benoemd om gelijkwaardigheid in de samenleving te bereiken. Pas als alle vormen van onderdrukking worden opgelost bereiken we daadwerkelijk inclusie. In de discussie hierover zijn over het algemeen twee benaderingen te identificeren:
- Generieke benadering: deze benadering is gebaseerd op het idee dat de verschillende identiteitsaspecten ten alle tijde benoemd moeten worden om uitsluiting te voorkomen. Hierbij wordt vaak belang gehecht aan generiek beleid, waarbij de focus ligt op het gelijktijdig adresseren van alle uitsluitingsmechanismen.
- Specifiek beleid: deze benadering is gebaseerd op het idee dat de verschillende identiteitsaspecten verbonden zijn aan specifieke historische contexten, maatschappelijke dynamieken en beleidsmatige vraagstukken. Hierbij wordt vaak belang gehecht aan specifiek beleid, waarbij de focus ligt op het onderzoeken van en tegemoet komen aan de specifieke behoeften die verbonden zijn aan intersectionele onderdrukking.
Lees in dit artikel meer over intersectionaliteit als realiteit van diversiteit.