Gelijke kansen
In theorie:
Gelijke kansen onderwijs betekent dat ieder kind of student dezelfde kansen krijgt om hun talent te benutten, ongeacht hun achtergrond. Momenteel bestaat er nog kansenongelijkheid in het onderwijs in Nederland: er is een groot verschil in kansen tussen leerlingen met gelijke talenten en verschillende achtergronden.
De kloof tussen leerlingengroepen is lange tijd alsmaar blijven groeien. Achtergrondfactoren, zoals gender, (migratie)achtergrond en het opleidingsniveau van ouders spelen nog steeds een te grote rol in het bepalen van hogere schooladviezen en studiesucces.
In de praktijk:
In 2016 heeft de onderwijsinspectie geconstateerd dat de onderwijsongelijkheid toeneemt binnen het Nederlands onderwijs. Voorbeelden hiervan zijn de mate van invloed van het opleidingsniveau van ouders op het studieadvies in het basisonderwijs en de toename van leerlingen op het vmbo met een niet-westerse achtergrond. Ook de toegankelijkheid tot vervolgopleidingen zoals de overstap van het mbo naar het hbo is op basis van aanvullende criteria aangescherpt wat voornamelijk studenten met een niet-westerse achtergrond en studenten met laagopgeleide ouders raakt. Daarnaast is er sprake van een toename van (private) huiswerkbegeleiding wat niet binnen bereik ligt voor vele gezinnen op basis van financiële toegankelijkheid.
Een kleurenbewuste aanpak richt zich vanuit de erkenning van ongelijke kansen binnen het onderwijs op mogelijke interventies om gelijke kansen te bevorderen. Zo kan er gewerkt worden aan het creëren van eerlijkere startposities van verschillende leerlingen.