Positionaliteit

In theorie:

Positionaliteit is de sociale en politieke context die je (intersectionele) identiteit creëert met betrekking tot etniciteit, ras, klasse, gender, seksualiteit en beperking. Positionaliteit gaat ook over hoe je identiteit je blik op de wereld beïnvloedt en hoe je dingen interpreteert of begrijpt. Je identiteit beïnvloedt wat voor ervaringen je hebt in de samenleving, door verschillende lagen van normen, waarden en regels in de maatschappij. Hierbij komen bijvoorbeeld vooroordelen aan de orde, die dus zijn gelinkt aan je identiteit en de ervaringen die je op basis daarvan hebt gehad. 

 

In de praktijk:

Een witte, Europese, fysiek gezonde, hoogopgeleide en heteroseksuele man heeft mogelijk een andere wereldbeleving dan bijvoorbeeld een niet-westerse queer persoon van kleur en met een functiebeperking. Hetzelfde geldt voor witte vrouwen ten opzichte van vrouwen van kleur, wat in Nederland uiteindelijk heeft geleid tot de intersectionele zmv-beweging die zich afsplitste van het ‘witte feminisme’. 

 

Natuurlijk hangt ieders wereldbeleving af van heel veel individuele factoren, maar identiteitsassen die gevormd zijn door een maatschappelijke context (zoals gender of etniciteit) spelen hierbij een grote rol. Het maakt dus uit of een bepaald verhaal wordt verteld en opgetekend door een man of een vrouw, een wit persoon of persoon van kleur, iemand die is opgegroeid in een achterwijk of in het Gooi: door onze verschillende wereldbelevingen is in feite niemand geheel objectief. Verschillende maatschappelijke perspectieven zijn nodig voor een compleet beeld. Dit gaat ook op in het onderwijs, wat diversiteit, representatie en positionering zo belangrijk maakt.

 

Qua kennisproductie wordt er vaak een norm gehanteerd, waarin de positionaliteit van bijvoorbeeld witte onderzoekers wordt gebagatelliseerd en de positionaliteit van onderzoekers met een andere achtergrond wordt gezien als onwetenschappelijk. Sinan Çankaya (antropoloog) belichtte bijvoorbeeld hoe hij tijdens zijn onderzoek naar etnische profilering bij de politie vaak de vraag kreeg “je bent Turks, dus hoe objectief ben je nu eigenlijk?”, terwijl witte onderzoekers dit niet wordt gevraagd.

 

Maatschappelijke discussie:

In het huidig debat vindt het gesprek rond kennisproductie en onderzoek plaats. Wat voor rol speelt positionaliteit in de wetenschap?

  • Objectiviteit: Vanouds wordt wetenschap en kennisproductie vanuit het idee van objectiviteit benaderd. Onze eigen positionaliteit speelt hierbij zogezegd geen rol: de onderzoeker moet zo ver mogelijk van zijn onderzoek verwijderd zijn om persoonlijke invloeden te vermijden.
  • Subjectiviteit: Dekoloniale theorie en andere kritische stemmen in de wetenschap zijn van mening dat positionaliteit altijd van belang is en dus altijd onderzoek zal beïnvloeden. Dit betekent niet dat de ene wereldbeleving of positionaliteit voorkeur heeft boven de ander, of objectiever is dan de ander maar dat er aandacht zou moeten worden besteed aan hoe je identiteit je manier van denken, handelen en onderzoek doen beïnvloedt. Aandacht besteden aan je eigen positionaliteit door middel van zelfreflectie belicht hoe je wordt gezien en hoe je zelf ziet. Dus: alle kennis moet worden gepositioneerd, inclusief ‘witte’ kennis.

 

Meer informatie:

Klik hier voor een overzicht van onderzoeken, scripties, nieuws, interviews, best practices en gerelateerde theorie over positionalitiet.